Hierbij wil ik wat meer vertellen over mijn ervaring als docent op middelbare scholen. Sinds mijn afstuderen in 2016 bij de Willem de Kooning Academie in Rotterdam als docent Beeldende Kunst en Vormgeving heb ik twee jaar op middelbare scholen gewerkt. Naast het bedenken en geven van creatieve opdrachten heb ik diverse extra vaardigheden geleerd, zoals klassenmanagement en omgaan met ontwikkelingsproblematiek bij jongeren.
Het vak wordt nu vaak beeldende vorming genoemd, zodat het wat breder inzetbaar is dan alleen tekenen of handvaardigheid. Dit vak is meer dan creatief bezig zijn, je leert diverse beeldaspecten, zoals bijvoorbeeld kleurgebruik of ruimtesuggestie. Met deze kennis ben je na een aantal jaar in staat om beelden goed te doorzien en om zelf beeldend werk te kunnen maken. Heel belangrijk, omdat de leefwereld van jongeren steeds meer een beeldcultuur geworden is en vraagt om meer mediawijsheid in het onderwijs. Digitale creativiteit en de mobiele telefoon of de computer inzetten bij het onderzoek of het maken vind ik daardoor ook belangrijk. Kunstenaars en Vormgevers dienen als inspiratiebron om de opdrachten meer inhoud te geven en op een hoger niveau te krijgen.
Het lesgeven vindt steeds meer projectmatig plaats en ik vind het belangrijk om leerlingen aan te zetten tot onderzoekend werken. Hoe dit werkt heb ik weergegeven in bovenstaande poster.